Stichting Vervolgingsslachtoffers Jappenkamp
<< Terug

Stichting Vervolgingsslachtoffers JAPPENKAMP

Stichting voor de belangen van de slachtoffers van de japanse concentratiekampen in Nederlands-Indië
en andere door Japan bezette gebieden in Zuid-oost Azië.
Contact   Site Map   

14 april 2005

De Telegraaf schept verwarring
“Jappenkamp-stichting heft zichzelf op”



Dit bericht in De Telegraaf van 14 april (op pagina T 10) heeft veel verwarring gezaaid onder de Vervolgingsslachtoffers van de Jappenkampen.
De organisatie die wordt opgeheven betreft de Stichting Ex-Krijgsgevangenen en Nabestaanden Japan (EKNJ), die zich de laatste 20 jaar heft bezig gehouden met herdenking en verzoening.
Ter gelegenheid van de zestigste verjaardag van de Japanse capitulatie wordt onder de activiteiten van EKNJ een streep gezet als gevolg van de hoge leeftijd van de leden.

De verwarring werd veroorzaakt door de uitdrukking “Jappenkampstichting”.
Er bestaat immers sinds 2001 een organisatie met de naam Stichting Vervolgingsslachtoffers Jappenkamp (SVJ). Ik stel er prijs op te melden dat deze Stichting, helemaal niet wordt opgeheven.
In tegenstelling tot de zusterorganisatie Japanse Ereschulden (JES) heeft SVJ tot doel alsnog de Nederlandse regering aan te spreken en niet de Japanse, omdat de Nederlandse regering uitdrukkelijk afstand heeft gedaan van herstelbetalingen. Dat deed de regering met de ondertekening en ratificatie van het Vredesverdrag met Japan in 1951/1952. burgers het recht heeft ontnomen op compensatie en schadevergoeding van Japan. Daarmee dupeerde ze niet alleen de Nederlanbdse belastingbetalers, die toen zelf moesten opdraaien voor de miljardenschade, veroorzaakt door oorlogshandelingen, confiscatie, roof en plundering door Japan als oorlogsvoerende partij. Maar ook de Nederlandse staatsburgers, die drieëneenhalf jaar in concentratiekampen waren ingesloten, inclusief vrouwen en kinderen, en na de kamptijd niets meer hadden om naar toe terug te gaan.

Wonderlijk genoeg heeft de Nederlandse regering nooit de consequenties van haar besluit overzien noch aanvaard. De “ruimhartige” ontheffing van Japan werd afgewenteld op de gedupeerde en berooide staatsburgers. De materiële verliezen, de onbetaalde salarissen en pensioenen. Er bestond geen wettelijke regeling voor de slachtoffers uit Indië, zoals dat wel voor de Nazi-slachtoffers was geregeld. Na de Soevereiniteitsoverdracht (december 1949) werd Indonesië beschouwd als de juridische erfopvolger van het Nederlandsch Indisch Gouvernement. Dus werd ook de aansprakelijkheid voor het rechtsherstel van de slachtoffers van de Japanse bezetting - als een hete aardappel - doorgeschoven naar de jonge Republiek. Omdat de Indonesiër rijst prefereert, werd die aardappel weer teruggezet op het bordje van de Nederlandse regering. En alhoewel de toenmalige premier, dr Willem Drees, in een toespraak in de Tweede Kamer, de aansprakelijkheid jegens de totaal berooide slachtoffers van de Japanse bezetter een morele aansprakelijkheid had genoemd is er nooit iets gedaan om die aansprakelijkheid op morele gronden in een wettelijke regeling om te zetten. En zonder wettelijke regeling van de aansprakelijkheid heeft de burger geen aanspraak.

Voor de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog in Nederland was het rechtsherstel juridisch adequaat geregeld met een groot aantal regelingen en besluiten, die in 1950 werden samengebald tot de Wet op de Materiële Oorlogsschade (MOS). Het Tweede Kamerlid van de CHU fractie (een van de CDA bloedgroepen) Van de Wetering heeft nog een motie ingediend om de oorlogsslachtoffers uit Indië in de MOS op te laten nemen. De motie werd dringend afgeraden door de minister van Financiën P.Lieftinck. Hij stelde ter compensatie een speciale regeling in het vooruitzicht, zodat de Motie Van de Wetering met een gerust hart door de Kamer kon worden verworpen. De speciale regeling kwam vervolgens in de bekende onderste la terecht.

Het jaar 2005 is ook het zestigjarig jubileum van de vergeefse pogingen van de slachtoffers van de Japanse concentratiekampen en hun voormalige organisaties, om hun recht op herstelbetalingen bij de Nederlandse staat te claimen. Wat zij in de jaren zestig ten einde raad hebben laten liggen, pakt de Stichting Vervolgingsslachtoffers Jappenkamp weer op.

SVJ maakt er werk van.
Er is tot nu toe nog geen enkele reden om deze Jappenkamp-stichting op te heffen.

Drs Jan A.J. de jong,
voorzitter SVJ
Stichting Vervolgingsslachtoffers Jappenkamp
e-mail: info@svjappenkamp.nl

<< Terug


Copyright © 2001-2004 Stichting Vervolgingsslachtoffers Jappenkamp (SVJ).
ABN-AMRO: 40.59.95.903 POSTBANK: 90.66.851
KvK te Amersfoort onder nr. 32087105
All Rights Reserved.

Site made and maintained by InternetSide